vrijdag, januari 16, 2009

Bedrog


‘k Was sterk en jong. Niemand die mededeelde
dat ik ooit oud en gammel worden zou.
Ik dacht alleen, die oude mensen zeuren gauw
over hun makken, echte, ingebeelde.

Opeens was het zover. Ik had een weelde
van blonde krullen, die verflensten grauw.
Pijn in mijn rug als ik een reistas sjouw.
Verdoemd de tijd die spataders penseelde.

Er is een oplossing. Elk mens wordt tachtig,
maar zonder kwalen, ziektes, iets verdachts.
En daarna sterven we spontaan, eendrachtig.

Een groots verjaardagsfeest. Men speecht welsprekend.
De laatste gast komt pas om twaalf uur ’s nachts.
Het is de dood. Je hebt op hem gerekend.








View My Stats