vrijdag, mei 25, 2007
Bokito
Bokito mooie aap, Bokito zoet.
Een bundel ongetemde oerwoudkracht.
En toch, je bruine ogen staan zo zacht.
Wat deed je fout met die Lombroso snoet?
Ik druk mijn hand tegen de ruit. Jij doet
hetzelfde aan de binnenkant en lacht,
de zilverrug die altijd op me wacht.
Mensaap en aapmens zijn van eender bloed.
Ze staat er weer, het witte kale wijfje.
Al is mijn harem groot, ze mag erbij.
Kom bij je alfaman, hier hoor en blijf je.
Ons nageslacht zal buitelen en stralen.
Ik trek mijn groetgezicht: Kom nu bij mij.
Ik spring mijn reuzensprong. Ik ga haar halen.*
* De bezoekster had een verbrijzelde hand, een gebroken pols en onderarm en talloze bijtwonden.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
5 opmerkingen:
Fraai gedicht, mevrouw Scholten.
Ik kwam op uw website terecht via de Laurens Jz Coster mailinglijst..
Bedankt! Bestaat de Coster site nog? Ik heb al tijden geen gedicht meer van ze gekregen...
grote testikels man
Echt wel man, grote apenballen
echt wel bro
Een reactie posten